De ruimte in buurthuis Jeruzalem is ingericht als een examenzaaltje, met de tafels op veilige afstand van elkaar zodat er niet gespiekt kan worden. Zo’n twintig Tilburgers wagen zich hier op zaterdagavond aan het Tilburgs Dikteej. Stilte en concentratie als Theo van Iersel, secretaris van de Stichting Tilburgse Taol, de regels uitlegt. In vloeiend Tilburgs natuurlijk, dat spreekt. Naast hem staat Annemie de Waal, de schrijver van het Dikteej van 2023, en op het podium staat de Cees Robben-Bokaal: voor de winnaar!

Door Gerard Sanberg

Makkelijk is het niet, Tilburgs schrijven (schrèève). Je kunt geboren en getogen Tilburger zijn, het is sinds de start in 1994 nog niemand gelukt om een foutloos Dikteej in te leveren. En nu, na de corona-pauze vanaf 2019, houdt de jury op met het lezen van een inzending als ze bij 35 fouten zijn. 35! Het zijn er best een aantal waar de jury kan stoppen met lezen vóór het einde van het verhaal, volgens Theo van Iersel.

Annemie de Waal leest haar verhaal eerst helemaal voor, zodat iedereen kan wennen aan het gegeven. Daarna zin voor zin, op dicteersnelheid. “Schrèèf op wè ge heurt”, was de laatste instructie van Theo van Iersel, maar echt, dat valt nog niet mee. Hoor je dat goed? “Plandèèze?” Wat is dat dan? Weet u het? Kijk, “Sèmmelklôot” klinkt ook onbekend, maar je begrijpt wel wat de strekking is: soort van scheldwoord, toch? En dan dit zinnetje: “Meschient wil ze wèl meej jou piepelenbèèrg speule.” Piepelenberg? Wat is? En kun je daarmee spelen dan? Mysterieus!* Enfin, in de loop van het verhaal blijkt dat de dwalseree al op tafel ligt, al klinkt dat wat èèrmoejeg, vindt Bert. En Bert, die heeft z’n kèskenaoj weer meegebracht.

Schuppes!

Het verhaal speelt in de gezelschapskamer van een bejaardentehuis. Ze spelen kaart en Bert speelt vals: hij verzaakt, want daarnet bekende hij niet bij en nu heeft hij ineens wél schuppes. Maar het loopt vreedzaam af: de oudjes gaan elkaar niet met stoelen te lijf maar nemen er nog een kop koffie (bèkske) op. In buurthuis Jeruzalem krijgt Annemie de Waal applaus en buigen de kandidaten zich geconcentreerd over hun vel.

En de winnaar is…

Yoïn van Spijk! Voor de tweede keer alweer – en hij komt niet eens uit Tilburg! Maar wel, zegt hij zelf: “Ik vind het Tilburgs een fascinerend dialect, sinds ik er kennis mee maakte door Marc-Marie Huijbregts en Ferry van de Zaande.” Nou, er zijn slechtere ambassadeurs denkbaar. Yoïn (32) is taal-professional, hij heeft een master Toegepaste Taalwetenschap behaald aan de universiteit van Utrecht en is taalkundige bij Erfgoed Brabant. “In 2019, de laatste keer vóór corona, deed ik ook mee en won de trofee. De Cees Robben-bokaal staat dus sindsdien bij mij thuis, en nu wéér een jaar.”

Yoïn is vast van plan volgend jaar weer mee te doen.

*Piepelenbèèrg speule = verstoppertje