Veel diefstallen

In Elshout, wordt in oktober 1918 een militair gearresteerd die in Drunen ingebroken heeft in een werkplaats waar schoenen voor militaire worden gemaakt. Tien paar schoenen, twee werkpakken en een paar leesten is zijn buit.

In Drunen heeft begin november een militair een aantal kippen gestolen. Hij wordt vrij snel opgepakt en opgesloten. Hij ontsnapt echter en wordt niet meer gevonden.

In juni worden in Heesbeen een tweetal militairen gearresteerd die bij J. B. gerst hebben gestolen.

In Drunen wordt in november de broodwagen van een bakker door een aantal militairen overvallen en een tiental broden worden meegenomen. Na een grondig onderzoek worden de schuldigen opgespoord.

In de Breestraat te Heusden is in de rustkamer van de militairen van alles gestolen, waaronder dekens, sokken en schoenen.

Na afloop van de mobilisatie komen er van de ingekwartierde soldaten reacties los over hun tijd in het Brabantse. Ondanks alle ongemakken en de verveling gedurende hun verblijf zijn hun meningen over de bevolking over het algemeen positief, zoals blijkt uit een ingezonden brief in de Tilburgse Courant van december 1918.

“Wij hebben ons verveeld,maar ook gezwoegd in hitte, kou en regen. Velen van ons hebben in augustus in muffe kwartieren of in smoorwarme tenten aan griep geleden. Nog nooit waren wij zo blij al toen wij hoorden dat wij, voor 6 dagen, met verlof het zuiden mochten verlaten. Wij hebben ons nooit rampzaliger gevoeld, als wij bij terugkeer van verlof, weer over die ellendige keibestratingen en ongebaande landwegen, soms urenlang, weer naar ’huis’ moesten fietsen. Dat we er een zware en vermoeiende dienst hadden, die alleen als voordeel had, dat de dagen sneller om waren. Nu wij weer burger zijn, zijn wij de Brabanders toch dankbaar. Vier jaar en vier maanden lang werden zij opgezadeld met ons gezelschap. Toch ben ik dankbaar aan mijn talloze kwartiergevers in de vele plaatsen. Zij hebben mij goed ontvangen en gevoed en ze hebben zich nooit beklaagd over onze inkwartiering. Wij denken daarbij aan de Brabantse pap, koffie en vruchten die wij in ruime mate hebben ontvangen. En hebben wij niet vaak tegen elkaar gezegd: ’Stel je voor, dat Noord Holland met deze inkwartiering bedeeld was!’ en waarbij iedereen dan bedenkelijk het hoofd schudde. Daarom zullen wij allen het toejuichen als er iets voor Brabant gedaan wordt. Wie kent er het natuurschoon in Brabant? De duinen bij Drunen, met de Roestelberg als een van de mooiste plekjes, kennen zij Oisterwijk en Vught, de Wouwse Plantage en de prachtige IJzeren Man? De overheid zal allereerst de miserabele toestand van de talloze hoofdwegen moeten verbeteren. Het is een van de mooiste streken van ons land, die al zo lang veronachtzaamd zijn. Laten wij daar iets aan doen!”

Belgische geïnterneerden

De gemeente Heusden schrijft op 9 december een brief aan de Regeringscie. Frans Veravert, een Belgische vluchteling, arbeider op de scheepstimmerwerf van de Haan en Oerlemans, is door tyfus 10 weken ernstig ziek geweest. Hij heeft in die tijd een uitkering uit het ziekenfonds gekregen, maar deze is nu sinds een week opgehouden. Hij is nog herstellende van de ziekte, en is nog zeker 3 weken niet in staat om te werken. Omdat hij versterkende middelen nodig heeft, en een vrouw en 2 kinderen beneden de 12 jaar, moet onderhouden, wordt een beroep gedaan op ondersteuning. Hij krijgt een ondersteuning van

fl. 0,35 per dag per persoon en voor de kinderen een bedrag fl. 0,20 per dag.

De voedselvoorziening en distributie

In januari wordt een man uit Elshout gearresteerd die wordt verdacht van het stelen van steenkool te Waalwijk.

De problemen met gaslevering blijven voortduren. In juni zegt Veerman in de gemeenteraad van Heusden dat men niet moet schrikken van de beperking in de levering van gas. Gas zal nog slechts enkele uren per dag geleverd worden. Maar hij heeft gas nodig voor de motor van zijn drukkerij.

In juli wordt de beperking uitgebreid; op zaterdag wordt geen gas meer geleverd.

In augustus wordt weer een beroep op de brandstoffencie gedaan, omdat zonder gas de bedrijven gedeeltelijk werkeloos worden. Drukkerij Veerman zou weer op handkracht moeten overgaan.

In november verwacht de gasfabriek weer de hele dag gas te kunnen leveren. Maar in december wordt weer op rantsoenering overgaan.

Door de toenemende problemen met de voedseldistributie worden steeds meer maatregelen getroffen. Zo zijn er verordeningen ingesteld tegen vasthouding of prijsopdrijving van graan, meel en brood.

In september wordt vanuit Vlijmen aan het Rijkskantoor voor brood te ’s Gravenhage gemeld dat men vermoedt dat er door woonwagenbewoners gefraudeerd wordt met broodkaartenbewijzen. Deze personen willen zich niet, of kunnen zich niet legitimeren. Daardoor is men genoodzaakt hen te geloven over de naam en sterkte van het gezin. Hierdoor is de mogelijkheid van fraude niet uitgesloten.

Een bakker uit Vlijmen wordt in hoger beroep veroordeeld tot een boete van fl. 0,50 of 1 dag hechtenis, wegens overtreding van de gemeentelijke verordening tegen prijsopdrijving. De kantonrechter had hem in eerste instantie vrijgesproken, omdat deze meende dat alleen het militairgezag in Vlijmen dergelijke verordeningen mag opstellen.

Als gevolg van het strengere toezicht wordt de molenaar Van Westen uit Drunen veroordeeld. Hij heeft namelijk rogge gemalen, wat verboden is. Zijn maalvergunning wordt nu voor gedurende een maand ingetrokken.

Besmettelijke ziektes

In 1918 wordt de hele regio geteisterd door besmettelijke ziektes, waarvan de meest bekende de Spaanse griep is. Minder bekend is dat vooral Heusden wordt overvallen met tyfus, maar ook roodvonk komt in diverse plaatsen voor.

Bert Meijs

bmeijs@planet.nl