Waalwijk heeft een scoutinggroep en een straat die naar hem vernoemd is. Maar wie was Andreas Zijlmans eigenlijk? Historicus Jan van Oudheusden dook erin en schreef een boekje over de Waalwijkse missionaris die al op jonge leeftijd in China vermoord werd. Het boekje, geschreven op verzoek van Vrienden van Sint-Jan de Doper, wordt zondag 7 december gepresenteerd in de Waalwijkse Sint-Jan.

Door Hetty Dekkers

Andreas Zijlmans is niet oud geworden, slechts 26 jaar. Hij werd in 1873 in Waalwijk geboren. Als derde zoon uit een welvarend, Rooms-katholiek gezin met elf kinderen. “Het was in die tijd gebruikelijk dat minstens één zoon priester werd”, vertelt Van Oudheusden. “Andreas wist op zijn twaalfde al dat hij priester en zelfs missionaris wilde worden. Er zat kennelijk pit in dat jongetje, want als missionaris werd je uitgezonden naar verre landen en dat was niet ongevaarlijk.”

Bokseropstand

Na het seminarie gevolgd te hebben bij de paters van Scheut in België, vertrok Andreas Zijlmans op 24-jarige leeftijd naar China. Zijn standplaats was een afgelegen missiepost in Mongolië. Daar wilde hij ‘de heidenen’ gaan bekeren tot het christendom. Een van de hoofddoelen was te vondeling gelegde kinderen opvangen en op laten voeden tot goede katholieken. “Nu achteraf zien we zo’n daad als zelfgenoegzaam, maar toen dachten de paters waarschijnlijk werkelijk goed te doen”, aldus Van Oudheusden. Al in 1900 werd Andreas Zijlmans, samen met een grote groep katholieken, vermoord tijdens de Bokseropstand. De rebellen staken de kerk in brand waarin Zijlmans en zijn medeslachtoffers zich verschanst hadden. Vrijwel allemaal kwamen ze om het leven. De jonge, Waalwijkse missionaris had nauwelijks tijd gekregen zijn zendelingentaak uit te voeren. Hij was pas twintig maanden in China, toen hij vermoord werd, en had pas op het laatst een eigen parochie toegewezen gekregen.'

Brieven

Zijlmans hield geen dagboek bij, zodat er niet heel veel documentatie beschikbaar was over zijn persoonlijke leven. Wel schreef hij veel brieven naar zijn ouders, die laten zien dat hij weinig kennis had over de Chinese cultuur of bevolking. Alles was voor hem nieuw en onbekend.

Van Oudheusden schetst in zijn boekje een goed beeld van de geschiedenis en geldende opvattingen in die tijd. Want het westerse superioriteitsgevoel beperkte zich niet tot het geloof. “Voor China was het de tijd van de grote vernedering. De Engelsen hadden de opiumhandel in handen, de Fransen en de Duitsers koloniseerden het hemelse rijk op hun eigen manier, iedereen wilde een graantje meepikken.” Dat misbruik leidde bijna onvermijdelijk tot een gevaarlijk haatgevoel tegen alle buitenlanders. “Die Westerse duivels moesten het land uit, zo was de sfeer. Zijlmans was op de verkeerde tijd op de verkeerde plaats. Bij de Bokseropstand zijn heel veel westerse religieuzen vermoord.”

Tragische held

Zijlmans wordt door de katholieke kerk graag omschreven als een martelaar. Van Oudheusden vindt hem meer een tragische held. “Andreas Zijlmans komt op mij over als een ietwat naïeve jongeman die het gevaar consequent onderschat. Hij heeft het in zijn brieven nauwelijks over de onlusten en bedreigingen waar hij heel de tijd mee te maken krijgt. Op het laatst had hij nog kunnen vluchten, maar hij koos er kennelijk voor om als een Griekse held zijn noodlot tegemoet te treden.”

Het interessante boekje ‘Andreas Zijlmans, martelaar of tragische held’, wordt zondagmiddag om half drie officieel gepresenteerd in de Waalwijkse Sint-Jan. Met een diapresentatie en een korte lezing door Van Oudheusden. Vanaf dan ligt het boekje voor 9,50 euro te koop in de Sint-Jan en bij de Readshop in de Els.