Jongeren in onze gemeente drinken relatief veel alcohol in vergelijking met andere gemeenten en zelfs het landelijke gemiddelde. Bij drugsgebrek is zelfs de term ‘problematisch’ op zijn plaats. Uit gesprekken met professionals ‘in het veld’ komt naar voren, dat de drugsproblematiek ernstiger is, dan uit de cijfers blijkt. Dat is te lezen in het rapport ’Stap uit de roes’ van de Rekenkamer. Je vindt het hele rapport op de gemeentesite.

Alcoholgebruik

Het alcoholgebruik onder onze jongeren is relatief hoog, ook vergeleken met gemeenten in West-Brabant en met landelijke gemiddelde. Jongeren maken thuis kennis met alcohol, met goedkeuring van ouders. Veelgehoorde uitspraak is, dat men “het zelf vroeger ook zo heeft gedaan”. Ook vindt men het verstandiger, om de jongeren thuis onder ‘toezicht’ te laten kennismaken met alcohol. Het blijkt een kwestie van ‘cultuur’, waarin alcoholgebruik ook op jongere leeftijd in brede zin wordt getolereerd en in zekere zin ook wordt gelegitimeerd. Thuis wordt de aanpak ‘NIX18’ niet gevolgd en in dit opzicht ook niet ondersteund. Drinken van alcohol op café is voor jongeren in het algemeen vanwege de prijs niet meer haalbaar (“ze nemen liever een pilletje of poedertje voor een feestje, dat is goedkoper, makkelijk verkrijgbaar en lastig op te controleren”).

Controle

Uit gesprekken met jongeren blijkt dat leeftijdscontrole bij verkoop van alcohol in de horeca lang niet altijd wordt toegepast, daardoor kunnen minderjarigen relatief eenvoudig aan een alcoholisch drankje komen. Ook bij sportverenigingen wordt aangegeven dat controle daarop, ondanks instructies voor barpersoneel, ook niet altijd mogelijk of haalbaar is. Uit een aantal interviews blijkt, dat bepaalde cafés wel een strikter beleid gingen voeren en daardoor niet meer als ‘jongerencafé’ te boek staan. Het aantal (horeca)gelegenheden voor jongeren is afgenomen en een discotheek heeft als alternatief, bij voorbeeld een ‘prikparty’ op gezette tijden voor minderjarige jongeren (12+). Bovendien is het uitgaansbeeld in de gemeente afgelopen jaren sterk veranderd. Veel jongeren gaan naar de horeca in Oosterhout en Breda en naar festivals.

Drugsgebruik

In gesprekken met professionals in ‘het veld’ komt een ernstigere (drugs)problematiek naar voren, dan uit de gepresenteerde cijfers zou kunnen worden opgemaakt. Bij doorrekening op basis van het door jongeren, in de leeftijd 12-18 jaar, aangegeven drugsgebruik, zou het gaan om ruim 100 jongeren in de middelbare schoolleeftijd, die ooit wiet of hasj hebben gebruikt en om circa 30 jongeren in deze leeftijdsgroep, die ooit een harddrug hebben gebruikt. Bij lachgas zou het, in voorgaande jaren, om circa 40-50 jongeren gaan die dit ooit hebben gebruikt. Volgens landelijke cijfers is gebruik van lachgas onder jongeren sterk afgenomen en niet meer zichtbaar (ook niet in afvalrestanten).

Probleem

Bij drugsgebruik gaat het mogelijk niet om een hoog percentage jonge gebruikers (2% van de groep middelbare scholieren), maar probleem is de aard van het drugsgebruik. In gesprekken met professionals en jongeren wordt niet of nauwelijks gewezen op gebruik van softdrugs ( ‘blowen’), maar wel op gebruik van partydrugs (xtc/MDMA, amfetamine en 3MMC-varianten) en vooral van ketamine. Het gebruik van ketamine op jonge leeftijd brengt voor de gebruiker ernstige gezondheidsrisico’s met zich mee. Symptomen van ketaminegebruik onder jongeren in onze gemeente werden via de eerstelijnsgezondheidszorg bekend. In interviews met professionals, vrijwilligers bij verenigingen en ook door ouders zijn zorgen geuit over gebruik van deze (hard)drugs onder minderjarige en meerderjarige jongeren. Er zijn bijvoorbeeld gedragscodes binnen de verenigingen en is er een sanctiebeleid, maar dat voorkomt niet dat men soms wel later sporen van gebruik vindt.

Makkelijk

Deze drugs zijn makkelijk te krijgen en lastige controle op gebruik maakt aanpak voor deze professionals en vrijwilligers van verenigingen niet eenvoudig. Een van de geïnterviewden van een vereniging geeft in dit kader ook aan dat “onduidelijk is bij wie je hulp moet vragen; wie gaat iets doen”. Deze vraag heeft betrokkene uiteindelijk zelf opgelost door zelfstandig het probleem aan te kaarten en gezamenlijk binnen de vereniging aanvullende maatregelen te nemen (waaronder aanstellen van een vertrouwenspersoon). Ook geïnterviewde ouders maken zich zorgen, mede vanwege de in hun ogen makkelijke verkrijgbaarheid van drugs in de omgeving; “deze zijn overal verkrijgbaar, niet alleen op straat maar ook op school en op bestelling via een app of internet”. Dit betekent volgens deze ouders, dat niet alleen de (sociale) controle, ook onder de jongeren zelf, groter moet zijn, maar tevens dat het van belang is dat ouders, en ook de school, aan hun kinderen uitleggen wat de gevolgen kunnen zijn van drugsgebruik.

Hele rapport

Het hele rapport inclusief cijfers, conclusies, aanbevelingen en meer informatie vindt u op de website van de gemeente.