Bezwaar ingediend tegen het bouwen van elektrische installaties in de polder. Vier minuten voor de deadline dus ruim op tijd.
Omringd door een dubbele rij lindebomen sta ik midden op de Markt van Geertruidenberg. Mijn stadje ontleent haar naam aan Gertrudis van Nijvel die hier in de zevende eeuw op een berg, zeg maar heuvel, een klooster zou hebben gesticht. Onze Markt is een driehoekig plein geplaveid met kinderkopjes. Voor me staat de eeuwenoude Geertruidskerk en als ik me omdraai, dan zie ik in de verte de koeltoren van de Amercentrale. Waar ooit de oude Sint Gertrudiskerk het straatbeeld bepaalde, wordt het uitzicht nu gevuld met een 130 meter hoge kolos. Grijs en grauw. Vanuit alle windstreken zie je ons stadje al van ver liggen. Vroeger vanwege de kerktorens die boven de huizen uitstaken maar sinds 1952 door de rokende pijpen van de Amercentrale. Ook wel ’de wolkenmaker’ genoemd of, in mijn geval: ’papa’s PNEM’. De Amercentrale is de vernieuwing van de Dongecentrale die een kilometer verderop aan de rivier de Donge ligt. De eerste Brabantse elektriciteitscentrale die in 1919 door de Provinciale Noord Brabantse Electriciteits Maatschappij, kortweg PNEM, werd geopend.
Sinds 1993 is onze mooie vestingstad een eilandje van ca 4,7 km2 oftewel 470 hectare. In het noorden de rivier de Amer met daarachter nationaal park de Biesbosch en in het westen het in 1993 geopende Amertakkanaal. Deze wateren worden verbonden door rivier de Donge die met een sierlijke bocht om ons stadje heen stroomt. Samen met Raamsdonksveer en Raamsdonk vormen we één gemeente omsloten door de A27 en de A59 die hier het bekende knooppunt Hooipolder vormen. Ter bevordering van de doorstroming van het verkeer is voor de aanpassing van het knooppunt en de verbreding van de snelweg een enorme hoeveelheid bomen en struiken gekapt en wordt wat eens groen was vakkundig onder een laag asfalt weggewerkt. Alles voor de ’vooruitgang’.
470 hectare groot is Geertruidenberg, grotendeels volgebouwd maar met in het westen gelukkig nog een strook groen. Nou ja, groen. Waar je ook wandelt in het beetje polder dat nog rest, je ontkomt niet aan de talrijke hoogspanningsmasten die met hun vele kabels de polder overspannen. Je ontkomt niet aan het enorme hoogspanningsstation aan de Peuzelaar, diverse kleinere trafostations bij de Centraleweg, het pompstation en de stadsverwarmingsbuis die, als gevolg van een enorme kaalslag van bomen en struiken weer vrij in het zicht ligt. Weg leefomgeving voor flora en fauna. En klap op de vuurpijl natuurlijk de Amercentrale zelf. Een kleine polder die, als alle plannen die het rijk heeft bedacht doorgaan, verder geïndustrialiseerd wordt met onder andere een converstation. Een industriegebied op 130 meter van woningen. En waar eenmaal gebouwd wordt, zullen andere kavels snel opgevuld worden met nog meer installaties. Dieren en groen moeten wijken voor de onverzadigbare honger van de mens. “Maar jij wilt toch ook je mobieltje op kunnen laden, het licht aan kunnen doen met een simpele druk op de knop, de verwarming aan kunnen zetten?” Ja, dat is zo. En ik snap ook wel dat niemand in Nederland zit te wachten op een industrieterrein in zijn achtertuin. Niemand wil zijn ramen dichthouden vanwege de geur- en geluidsoverlast, niemand wil lucht- en bodemverontreiniging.
Maar als we ongebreideld doorgaan met het volbouwen van ons kleine landje met enorme bedrijventerreinen zoals de afgelopen tientallen jaren is aangemoedigd door de overheid, wat blijft er dan nog over voor onze kinderen? Wat voor land laten we hen na? Logistieke blokkendozen langs de snelweg om het achterland, ons buitenland te voorzien van goederen. Weilanden volgebouwd, het personeel uit het buitenland gehaald en grote stroomverbruikers. Datacentra voor opslag van data van verre landen omdat het hier zo lekker veilig is. De lusten voor de investeerders, de grote ondernemers en de lasten voor de maatschappij. Alle auto’s elektrisch want lekker duurzaam. Not! Duizenden windmolens met bladen die na gebruik onder het zand weggemoffeld worden want chemisch afval. Hoezo duurzaam? De impact van molens op het zeeleven. Who cares? Miljarden subsidie voor investeerders voor wie het geld belangrijker is dan de duurzaamheid van de projecten. De hele transitie mag terug naar de tekentafel. Niet erg want waarvoor je nu de echte oplossing nog niet hebt, is deze er over een paar jaar mogelijk wel. Kijk eens wat je ’out of the box’ allemaal vindt.
Geertruidenberg heeft sinds 1919 haar steentje al voldoende bijgedragen en doet dit tot de dag van vandaag nog steeds.
Blijf dus alsjeblieft met je handen af van onze laatste polder. Want die is er niet alleen voor de mens.
Ja, groen verdwijnt waar Mensje Nooitgenoeg verschijnt.
Corien Sol