Als de kat van huis is dansen de muizen op tafel. Een prachtig spreekwoord maar dat geldt niet voor het poezenbeest van onze buurvrouw. Bejaarde Doeka slaapt rustig door of kijkt hoogstens diepzinnig naar de koelkast en constateert dan dat het niet de moeite waard is om er achter aan te gaan.

Wonen in de groenste wijk van de gemeente Oirschot betekent letterlijk samenleven met de natuur. Roodborstjes wippen soms even door een openstaande deur en allerlei klein spul ziet helemaal geen grens tussen bebouwd en onbebouwd. Helaas geldt dat ook voor muizen en spitsmuizen. Zo hadden wij vorig jaar een familie huisspitsmuis die bedacht had dat zij wel wat meer levensruimte konden gebruiken. En dat zonder ooit van de beladen betekenis van dit woord gehoord te hebben. Nu zijn spitsmuisjes totaal niet geïnteresseerd in onze voorraadkast, zij gaan voor een krakend vers pissenbedje, een geurige kever of zelfs een zanderig wormpje. Alleen de eerste zijn in ruime mate binnen te vinden. Het probleem van deze leuke beestjes is dat ze een razendsnelle stofwisseling hebben. Steeds maar blijven eten betekent ook steeds maar poepen. En dat hebben we geweten. Onze stofzuiger draaide overuren.

Op een minder blije dag zagen we echter dat ook de keuken bezoek had gehad. Meelzakken waren aangeknaagd, rijst was gemorst en de kastplanken voorzien van zwarte muizensouvenirs. Als bioloog, getrouwd met een echte Sporringse natuurgenietster, ben ik niet van de zware maatregelen. Geen bommen en granaten, geen gifgasmortier en zeker geen moorddadige klapval. Gelukkig zijn er tegenwoordig voor een luttel bedrag kunststof life-traps verkrijgbaar. Wat pindakaas of vogelvoer in het leefhokje en de val kan geplaatst worden. En uiteraard een rondje huis lopen om alle mogelijke muizen snelwegen te blokkeren. Zo hebben we een complete familie bosmuis zachtzinnig gevangen en honderd meter verder weer vrij gelaten. Andere soorten werden niet gevangen. Huismuizen zitten meer in dorpen en steden, rosse woelmuizen en veldmuizen eten liever een mals blaadje of een heerlijke grasspriet.

Helaas bleek dit alles niet afdoende. Vorige maand kregen we alweer ongevraagde gezinsuitbreiding en nu hebben ze ook al keuken en slaapkamer van de buurvrouw ontdekt. Na gedane zaken mogen de life-traps nu hun werk doen bij haar. Binnen twee dagen hebben vier bosmuizen de grote sprong naar de boomkwekerij tegenover onze huizen gemaakt. Daar mogen ze een prachtig winterverblijf zoeken en genieten van eikels, slakken, kevers en wat ze verder maar voor lekkers tegenkomen. Veel beter voor hun gezondheid dan al dat geraffineerde mensenvoer.

Ook bezoek van spitsmuisjes of knaagdieren? Bijna elk tuincentrum verkoopt tegenwoordig deze life-traps. Geen moord en doodslag meer maar gewoon even vriendelijk de ongewenste bezoekers buiten de deur werken. En wilt u weten hoe al die vierpotige onderkruipsels heten? Maak even een foto voor onze krant en ik zet er met genoegen een naam bij.